Ik heb een nieuwe held. De allerbeste helden zijn de onwaarschijnlijken. En niemand is minder waarschijnlijk dan R.A. Dickey.
Niet alleen brak de Mets-pitcher pas op zijn 35ste door, hij wordt ook almaar beter. En zonder dat de schimmige verdenkingen van anabolen of groeihormonen boven hem hangen, zoals bij anderen die laat in hun honkballeven ineens verdacht goed gingen presteren. Dickey is immers knuckleballer, en het zwevende, vlinderende, dartelende, non-effect balletje teert op subtiliteit, met beleid richting plaat gelobd.
Dromen
De allerbeste helden zijn zij doe ons doen dromen. Die bij hun geboorte niet meer talent meekregen dan jij of ik. Zoals Dickey. Hij heeft geen geweldig talent. Maar hij oefende net zolang totdat hij zichzelf als Major League pitcher had heruitgevonden.
Daarbij lenen de alleraantrekkelijkste helden zich simpel tot vereenzelviging. Dickey is echt. Hij mag dan twee one-hitters op rij hebben gegooid, maar hij oogt niet anders dan zijn gemiddelde medemens. Hij doet je denken dat jij zomaar hem had kunnen zijn, als je leven iets anders was gelopen. En als sport uiteindelijk escapisme is, een verzetje in ons alledaagse leven, helpt het als je je er makkelijk in kunt verplaatsen.
Cal Ripken Jr.
De reden dat Cal Ripken Jr. een volksheld was is dat hij zoals jij en ik was – honkbaltalent daargelaten. Ripken was een goede korte stop en toen derde honkman. Maar bovenal was hij een man die zijn best deed om zijn familie te onderhouden. Brood op de plank; geld in het laatje. Dus kwam hij elke dag voor zijn werk opdagen. Net zolang tot hij ineens de “Iron Man” was, die 2.131 wedstrijden op rij had gespeeld zonder er één te missen.
Dickey heeft substantie. Hij leest en schrijft en beklimt bergen en denkt. Ik ben nou vijf jaar journalist, en drie jaar sportjournalist. En grote sportmannen die wat te vertellen hebben, in wiens leven sport tegen de achtergrond van een brede horizon getekend kan worden, zijn zeldzaam. De meeste sporters hebben één dimensie. Die van Dickey zijn eindeloos. Zijn onlangs uitgekomen autobiografie spreekt van seksueel misbruik. Depressie. Zijn demonen.
Dickey is echt. Dickey is een held.
Deze column is geschreven door Leander Schaerlaekens.
Lees hier zijn column van vorige week: Vuurwerk in de bush-leagues.
Dickey legt uit hoe hij zijn knuckle-ball gooit:
Reacties