In Memoriam: Dick Allen (1942 – 2020)

Door

Maandagnacht werd bekendgemaakt dat Phillies- en White Sox-icoon Dick Allen op 7 december is overleden. Eén van de meest gevreesde slagmensen van de jaren ’60 n ’70, stierf op 78-jarige leeftijd na een strijd met kanker. Hij is de zoveelste superster uit de Golden Era die dit jaar is overleden. Eerder ontvielen de honkbalwereld al Tom Seaver (In Memoriam) , Lou Brock (In Memoriam), Bob Gibson (In Memoriam), Whitey Ford (In Memoriam) en Joe Morgen (In Memoriam).

Richard Anthony Allen werd op 8 maart 1942 geboren in Wampum, Pennsylvania, een plaatsje niet ver bij Pittsburgh vandaan. Waar Wampum zelf slechts 717 inwoners kende, groeide Allen op in het nabijgelegen Chewton, waar het inwoneraantal niet boven de 488 uitschoot. Hoewel ‘Dickie’ Allen uitblonk in basketbal, switchte hij al snel naar honkbal. De reden? Er was meer geld te verdienen in honkbal en hij wilde voor zijn moeder en acht broers en zussen zorgen.

De Philadelphia Phillies zagen het talent in Allen en legden hem voor $70.000 vast. In 1960 begon hij als kortestop in de NY-Pen League, waar hij voor het eerst de later zo kenmerkende bril begon te dragen. De bril hielp, want Allen ramde zichzelf een weg door de Phillies Minor League en was hard op weg naar de Majors.

ROOKIE OF THE YEAR

In 1963 was Allen klaar voor het grote werk, maar de Phillies — een club met een rampzalig racistische geschiedenis en cultuur — hielden de boot af. Philadelphia was de laatste National League-organisatie die een gekleurde speler op het roster had; pas in 1957 was het zo ver. De eerste zwarte speler werd pas in 1961 aan de club toegevoegd (Wes Covington).

Intussen groeide Allen uit tot een Minor League-ster, maar dat ging allemaal niet zonder horten of stoten. Aangezien hij afkomstig was uit een progressief dorpje, waar wit en zwart naast en door elkaar leefden, was Allen niet gewend aan de racistische uitingen die hij in de andere Minor League-steden tegenkwam. Na aanpassingsproblemen groeide hij uit tot de MVP van de International League (AAA), na .289 met 33 homeruns en 97 RBI’s te slaan. In september 1963 debuteerde hij.

In 1964 zou Richie Allen, zoals de Phillies hem persé wilden noemen, full-time in de Major League uitkomen. Zijn rookiejaar is één van de beste seizoenen van een rookie in de Major Leagues ooit. Hij leidde de Major League in runs (125), driehonkslagen (13) en total bases (352). Hij werd na afloop van zijn eerste volledige seizoen dan ook gekroond tot Rookie of the Year van 1964.

Rookie of the Year Dick Allen, met kenmerkende bril, in 1964 (AP archief)

PROBLEMEN BIJ DE PHILLIES

Al tijdens zijn fantastische rookieseizoen deed Allen stof opwaaien in Philly. Zo stond de club erop hem overal als ‘Richie Allen’ aan te duiden. Daar was de slugger zelf echter niet van gediend, want “Richie klink alsof ik een klein kind ben en ik ben 22.” Ook later in zijn Phillies-loopbaan ging het mis tussen Allen en de fans. Hij haalde weliswaar nog drie keer de All-Star Game, maar in 1965 barstte de bom definitief.

Nadat teamgenoot Frank Thomas (niet de MVP-slugger uit de jaren ’90) met een knuppel richting Allen had geslagen, gooiden de Phillies Thomas eruit. Dit incident werd door de fans gezien als ‘een zwarte man die een witte man zijn baan kost’. Allen droeg na dit incident in thuiswedstrijden vaak zijn helm in het veld ter bescherming tegen de batterijen die naar zijn hoofd werden gegooid. Dit in combinatie met veelal racistische opmerkingen deed hem besluiten te vertrekken bij de Phillies.

MVP IN CHICAGO

Vanuit Philadelphia vertrok hij naar de St. Louis Cardinals en Los Angeles Dodgers, waarna hij in het seizoen 1972 terecht kwam in bij de Chicago White Sox. Hier zou hij zijn beste seizoen doormaken onder coach Chuck Tanner. Tanner besloot ‘Crash’, zoals zijn bijnaam inmiddels luidde, defensief neer te zetten op het eerste honk. Hierdoor zou hij zich meer kunnen concentreren op het slaan. Dit werkte geweldig. Allen sloeg bijna geheel alleen de White Sox naar de tweede plaats in de American League West. Zijn 37 homeruns, 113 RBI’s, .420 OBP en 1.023 OPS maakten van hem American League MVP van 1972. Hij verkreeg bij de stemming aan het eind van het seizoen 96% van de stemmen.

EINDE CARRIÈRE

In de jaren na zijn glorietijd bij de Chicago White Sox ging Allen nog twee jaar terug naar Philadelphia waarna hij zijn carrière afsloot bij de Oakland A’s. In zijn laatste seizoen speelt hij nog 54 wedstrijden voor de A’s. Zijn laatste wedstrijd speelde hij in een doubleheader tegen de White Sox, waarna hij zijn carrière abrupt beëindigde.

HOMERUNS

Dick Allen stond bekend om zijn enorme verre en krachtige homeruns. Zijn bekendste homerun sloeg hij op 29 mei 1965 in dienst van de Phillies. In een wedstrijd tegen Chicago Cubs sloeg hij een bal het Connie Mack Stadium uit. De bal, gegooid door pitcher Larry Jackson, eindigde 525 feet of 160 meter verderop.

HALL OF FAME

Ondanks een Rookie of the Year Award, MVP Award en zeven optredens in All-Star-wedstrijden werd Allen nooit toegelaten tot de Hall of Fame. Zijn uitgesproken karakter paste niet in het beeld waaraan een zwarte man in die tijd moest voldoen en hij lag regelmatig overhoop met fans en journalisten. Hoewel in latere jaren meer waardering groeit voor de slugger, komt zijn nominatie voor de Hall of Fame te vroeg.

In 2014 verschijnt de Hall of Fame zaak voor Dick Allen voor de Golden Era Committee. Dit comité beslist over de introductie van spelers uit de jaren 1947–1972 die nog niet toegelaten zijn tot Cooperstown. Allen komt in 2014 één stem te kort, waarna veel mensen hem zien de beste speler die nog niet in de Hall of Fame geïntroduceerd is.

De Phillies braken begin 2020 protocol door het rugnummer van Allen (15) voor hij verkozen wordt in Cooperstown aan de wilgen te hangen. Zijn Hall of Fame-zaak zou begin december weer voorkomen bij het vernieuwde Golden Age Hall of Fame committee. De vergadering werd door corona echter verplaatst naar december 2021. Helaas is dus nu gebleken, dat Dick Allen zijn mogelijke (en dan terechte) uitverkiezing niet meer mee zal maken.

Coverfoto: AP archief

Ook leuk om te lezen