Gary Payton en college-coach Rick Pitino worden dit jaar opgenomen in de Hall of Fame. Payton was de grote ster van de succesvolle Seattle Supersonics in de jaren negentig. Hij reikte twee keer tot de NBA Finals, maar daarin waren Michael Jordan en de Bulls telkens te sterk. Voor Pitino is het een mooie dag, naast zijn Hall of Fame-uitverkiezing zit hij vanavond bij de Championship Game van het NCAA Tournament op de bank voor de Louisville Cardinals.
Payton kende een succesvolle NBA-loopbaan van maar liefst zeventien seizoenen. Hij was een van de beste verdedigende point guards all-time. Vandaar ook zijn bijnaam ‘The Glove’, hij werd negen keer tot NBA All-Defensive First Team gekozen is tot op heden de enige point guard ooit die de Defensive Player of the Year Award won.
Payton kwam gemiddeld tot 16.3 punten en 6.7 assists en haalde in 2006 dan toch eindelijk zijn kampioensring toen hij onderdeel uitmaakte van de Miami Heat.
Pitino is een van de meest succesvolle college-coaches ooit en reikte zeven keer tot de Final Four en is de enige coach ooit die dit deed met drie verschillende scholen. Naast Louisville en Kentucky, waarmee hij in 1996 zijn enige titel veroverde, bereikte hij de Final Four ook met Providence in 1987. Pitino coachte ook in de NBA, bij de New York Knicks en Boston Celtics. Als hoofdcoach in college won hij 663 duels en verloor er 239.
Ook de legendarisch Bernard King van de New York Knicks wordt dit jaar opgenomen in de Hall of Fame. King speelde tussen 1977 en 1991 veertien seizoenen in de NBA en kwam uit voor de New Jersey Nets, Utah Jazz, Golden State Warriors, New York Knicks en Washington Bullets. Hij werd vier keer verkozen tot All-Star, twee keer in zijn tijd als Knickerbocker (1984, 1985), en won de topscorerstitel in 1985.
De uitverkorenen worden op 24 oktober, vlak voor de start van het nieuwe NBA-seizoen, toegevoegd aan de Hall of Fame in Springfield.
Reacties