2 augustus 1979 geldt als een van de zwartste dagen in de geschiedenis van de Major League in het algemeen, en de New York Yankees in het bijzonder. Het was de dag dat de geliefde catcher Thurman Munson zich in zijn privevliegtuigje even buiten Canton, OH, te pletter vloog.
Munson was elf seizoenen een Yankee, waarin hij zeven keer de All-Star game haalde, drie keer een Gold Glove won, een keer MVP werd, en twee keer de World Series won. De dood van de 32-jarige Munson leek bovendien een vloek op de ploeg uit de Bronx te leggen. Met Munson hadden de Yankees in 1977 en 1978 alles gewonnen, na zijn dood bleef de ploeg tot maar liefst 1996 droog staan.
Op de dag van Munson’s begrafenis, speelde zijn ploeg op National TV tegen de Baltimore Orioles. New York won met 5-4, en alle vijf Yankees-runs werden binnengeslagen door outfielder Bobby Murcer. ,,Ik heb het bat nooit meer gebruikt. Ik heb het aan Thurman’s vrouw Diana gegeven”, aldus Murcer. Yankees-eigenaar George Steinbrenner besloot Munson’s jersey met nummer 15 onmiddellijk met pensioen te doen.
Op 2 augustus 2001 besloot de Houston Rockets om na zeventien jaar afscheid te nemen van de beste speler in z’n historie. De ploeg stemde in met een trade van Hakeem Olajuwon (voor twee draft picks) naar de Toronto Raptors, op dat moment een contender.
Menigeen verwachtte dat Olajuwon het samen met Vince Carter wel kon maken in Toronto, maar al gauw bleek dat de Rockets het goed hadden gezien. Olajuwon had duidelijk z’n beste tijd gehad en stelde – deels geplaagd door blessures – teleur. Hij schoot geen 50% meer, en kwam niet verder dan 7.1 punten en 6 rebounds gemiddeld. De playoffs werden dan nog wel gehaald, maar daarin waren de Detroit Pistons in de eerste ronde meteen te sterk.
De 39-jarige Olajuwon zette in de opvolgende zomer, geplaagd door rugproblemen, een punt achter z’n loopbaan.
Foto’s: sportsillustrated.com en deadspin.com
Reacties