COLUMN: Max eist uitleg

Door

Het schijnt met geld te maken te hebben. De ene partij wil meer dan de andere, of zoiets. Gesteggel over procenten. Ik weet er het fijne niet van, heb er eigenlijk ook weinig interesse in. Ik wil gewoon dat er gespeeld wordt. Gooi die puck op het ijs en dan gas geven, een uur zuivere speeltijd lang. Mijn jongste zoon Max wil dat ook. Hij kijkt met een schuin oog mee, want hij ziet ergens in de verte het lijk al drijven. In het voorjaar van 2013, om precies te zijn.

Het was in de vroege maanden van 2008 dat ik besloot om met zijn oudere broer (toen elf jaar, je moet een keer een start maken met de opvoeding) een weekje naar de VS te gaan. En dan natuurlijk zo veel mogelijk sportwedstrijden te bezoeken. Zoals ik zelf al eerder had gedaan, zeven jaar daarvoor. Met Stan naar Washington, Baltimore, Philadelphia en New York. We zagen de Capitals en de Wizards in de hoofdstad, pakten een wedstrijdje mee in het fantastische Oriole Park at Camden Yards, maakten het heavy-metalsfeertje mee bij een thuisduel van de Philadelphia Flyers (foto) en in the Big Apple deden we zowel de Yankees als de Mets aan: opening day in Shea Stadium, in het laatste seizoen voordat de stap naar de Citi Field werd gemaakt. Historisch, dus.

Zo’n reisje wilde Max natuurlijk ook wel. Als vader had ik weinig bezwaren. En dus deed ik de toezegging: als jij ervoor zorgt dat op school alles goed verloopt, regel ik dat je begin april een weekje vrij hebt. Het begrip glunderen kreeg op slag een nieuwe dimensie.

Voorwaarde is dan natuurlijk wel dat de NHL draait. Tijdens mijn eerste reis ging ik eigenlijk voor baseball en basketball. Om tot de conclusie te komen dat ik de drie hockeywedstrijden nog leuker had gevonden dan de bezoekjes aan de Yankees en de Knicks. In 2008 ging het net zo. We waren enthousiast over basketball (hoewel, de Wizards …), vonden baseball geweldig (Stan vond het wel lang duren en érg koud …) maar hockey was een belevenis op zich. Maak je zo’n trip en er zit geen hockey in, is het niet compleet. Dan zouden we waarschijnlijk een jaartje wachten.

Voor komend voorjaar staat de reis gepland. Waar naartoe, dat is nog niet helemaal duidelijk. New York gaan we zeker doen, misschien Boston. En ik zou zelf graag nog eens een keer naar Montreal, naar de Canadiens. Maar goed, voorlopig zit de verdeling van dat verdomde geld dus dwars. Vervelend, en een beetje triest ook. Tweeënhalf miljard te verdelen, en nóg is het niet genoeg. Drie dagen is er gepraat dit weekend, maar helaas – ze zijn het weer niet eens geworden. Ondertussen dagdromen mijn zoon en ik van een mooie reis.

En als ze er niet uitkomen? Dan hebben de heren onderhandelaars aan Max in ieder geval heel wat uit te leggen!

Deze column is geschreven door Ruud Doevendans.

Foto: Getty Images

Ook leuk om te lezen