En dan opeens is het seizoen voorbij. Voor het eerst sinds de Detroit Red Wings in 1998 wist een club de titel te prolongeren en het zijn de Pittsburgh Penguins die met deze eer gaan strijken. Bij SportAmerika blikken we terug op de laatste wedstrijden van deze jaargang.
Pittsburgh Penguins- Nashville Predators (Pittsburgh wint serie met 4-2)
Na twee duidelijke zeges in Nashville wilden de Predators wel eens wat laten zien in Pittsburgh. De mannen van coach Peter Laviolette kwamen bedrogen uit, want de titelverdediger was in game 5 oppermachtig in de eigen PPG Paints Arena. De wedstrijd was nog maar 91 seconden oud toen de haperende power play van de Penguins dankzij verdediger Justin Schultz weer eens een teken van leven vertoonde. In deze finale stond Pittsburgh al zestien keer met minimaal één man meer op het ijs, maar slechts één keer profiteerden Sidney Crosby en consorten.
Voor Predators-goalie Pekka Rinne was het weer het oude liedje. In Nashville voelt de Fin zich senang, maar eenmaal in Pittsburgh was het huilen met de pet op. Na één periode, negen schoten op goal en drie tegengoals kon Rinne gaan douchen en werd hij vervangen door Juuse Saros, die er overigens ook nog drie om de oren kreeg.
Voor eigen publiek moesten de Predators game 6 winnen om een beslissende zevende wedstrijd af te dwingen. De ploeg kon weer rekenen op een sterke Pekka Rinne, maar aan de andere kant van het ijs was ook Matt Murray in vorm. Laatstgenoemde zou aan het langste eind trekken en als 23-jarige al zijn tweede Stanley Cup winnen. Iedereen leek zich al verzoend te hebben met het idee dat er een overtime aan te pas moest komen, maar Patric Hornqvist had daar helemaal geen zin in. Via de elleboog van Rinne deponeerde de Zweedse winger de puck in de vijandelijke goal. Dat Carl Hagelin er even later in het verlaten doel nog 2-0 van maakte, was eigenlijk alleen nog voor de statistieken.
Zo winnen de Penguins dus hun tweede Stanley Cup op rij. In de jaren negentig lukte dat deze franchise ook al en toen waren Mario Lemieux, Kevin Stevens en Jaromir Jagr de grote namen. De vedetten van nu zijn Sidney Crosby en Evgeni Malkin, die er ook in 2009 al bij waren. Crosby heeft nu één Cup meer dan Super Mario. Hoewel Jake Guentzel vaker scoorde en Evgeni Malkin meer punten verzamelde tijdens deze play-offs werd Crosby verkozen tot MVP van dit postseason. Sid the Kid was goed voor acht goals en negentien assists en mocht, net als vorig jaar, de Conn Smythe Trophy mee naar huis nemen. Crosby is pas de eerste speler sinds Lemieux in 1991 en 1992 die het voor elkaar krijgt twee jaar op rij deze prestigieuze titel te winnen.
Jim Rutherford, general manager in Pittsburgh, kan de groep voor volgend seizoen naar believen samenstellen. Van Crosby, Malkin en Phil Kessel is duidelijk dat hun toekomst in Pittsburgh ligt en zij trekken de kar wel. Ook verdedigers Kris Letang en Olli Maatta dragen nog wel even het shirt van deze roemruchte club. Het vizier van deze Penguins zal nu gericht zijn op de New York Islanders van de jaren tachtig. Deze franchise won tussen 1979 en 1983 vier keer op rij de Stanley Cup.
De Nashville Predators begonnen met een wildcard aan de play-offs. Toch schopten de mannen van Peter Laviolette het tot de Stanley Cup Final. Dat was mede te danken aan de sterke optredens van Rinne, maar in de finale stuitte de Finse goalie op zijn angstgegner uit Pittsburgh. In game 6 ging het bloedfanatieke publiek in Smashville er nog één keer achter staan, maar het lot was de Predators niet gunstig gezind. De Penguins mochten al hun Stanley Cups op vreemde bodem in ontvangst nemen en dit keer was het niet anders.
De verdediging speelde een belangrijke rol bij Nashville en de fans kunnen normaal gesproken nog jaren genieten van spelers als P.K. Subban, Roman Josi en Mattias Ekholm. Aanvallend zullen er waarschijnlijk wat andere namen op papier staan volgend seizoen. Captain Mike Fisher, Vernon Fidler en P.A. Parenteau zijn de dertig al ruim gepasseerd en moeten afwachten welk contract ze voorgeschoteld krijgen deze zomer.
Reacties