Een aantal dagen geleden publiceerden we deel 1 van onze MLB Draft Preview, waarin AJ Puk als eerste overall werd gekozen door de Philadelphia Phillies. Vandaag volgt deel 2 van onze vooruitblik op 9 juni, de dag van de Major League Baseball First-Year Player Draft.
Sinds de publicatie van deel 1 zijn er verschuivingen geweest in verschillende mock drafts. Soms nodigen teams bepaalde spelers uit voor een try-out of een showcase, waardoor de glazen-bol-kijkers (waar ondergetekende er één van is) geconfronteerd worden met de mogelijkheid dat we er ineens enorm naast zitten.
Zo verschijnen er regelmatig verhalen die teams ineens koppelen aan heel andere spelers dan in eerste instantie verwacht was. Het uitnodigen van spelers voor een showcase zegt natuurlijk verder weinig (dit soort try-outs zijn normaal en worden soms ook gebruikt als afleidingsmanoeuvre), maar dit soort situaties maken het er voor Draftwatchers niet makkelijker op.
Later deze week volgt het derde (en laatste) deel van deze Draft Previewserie, waarin we in vogelvlucht picks 21 – 34 zullen bespreken. Vandaag echter nog een uitgebreidere kennismaking, nu met potentiële selecties 11 – 20.
11
SEATTLE MARINERS
Zack Collins, C (University of Miami-Florida)
Steeds meer mock drafts wijzen Collins als 10e toe aan de White Sox, maar als Chicago voor een outfielder of pitcher gaat, zal Collins niet lang daarna van het draftbord verdwijnen. Let wel, Collins schijnt niet al te hoge bonus-eisen te hebben, dus de mogelijkheid bestaat zelfs dat hij in de top 10 stijgt en gekozen wordt door een team dat wat geld wil besparen. Als hij er op plek 11 nog is, zouden de Mariners gek zijn om hem te laten lopen. Hun catcherpositie is al jaren onderbemand en een linkshandige powerhitting catcher zou prima in Safeco Field passen.
Collins is al jaren één van de betere hitters op de catcherpositie in de ACC, waar hij de stijgende lijn die hij in high school al ingezet had doortrok. In 2013 draftten de Reds hem in de 27e ronde, maar Collins koos ervoor om naar college te gaan. De nu 21-jarige catcher heeft een zeer ontwikkeld oog voor de slagzone, hoge swingsnelheid en zal dus bij de profs waarschijnlijk hoge on-base percentages en powerstatistieken afleveren.
Collins heeft echter ook minder ontwikkelde kwaliteiten, voornamelijk op defensief gebied. Hij heeft een gemiddelde arm en is niet heel snel achter de plaat. Daarnaast gooide hij dit seizoen slechts 26% van potentiële steelpogingen uit. Het totaalplaatje levert dan ook de suggestie op dat hij uiteindelijke een positieswitch zal (moeten) maken naar het eerste honk, hoewel er ook scouts zijn die denken dat hij pas nu een groeispurt als catcher door gaat maken. Als Seattle besluit een pitcher te kiezen, let dan ook Manning, Dunn of Burdi. Vooral de laatste twee zijn zo goed als big league ready.
Vergelijkbaar met: Chris Davis
Andere mogelijkheden: Matt Manning (RHP), Justin Dunn (RHP), Zack Burdi (RHP)
12
BOSTON RED SOX
Nolan Jones, SS/3B (Holy Ghost Prep School, Pennsylvania)
Uit het niets publiceerde Keith Law van ESPN onlangs ineens een artikel (ESPN Insider link) waarin hij Mickey Moniak liet zakken tot plek 12 en hem naar de Red Sox stuurde, maar daar geloof ik helemaal niets van. Ten eerste is Moniak top-5 materiaal, ten tweede zei Law daags voor zijn meest recente voorspelling nog iets anders.
Ik ga hier voor Nolan Jones. De Red Sox hebben een uitstekend team in de majors en aardig wat talent in de minors. Spelers als Betts, Bogaerts, Bradley Jr., Shaw, Hernandez en Swihart in de majors en Moncada, Devers, Benintendi, Marrero en Chaves in de minors geven de Carmines dus wat tijd om een jonge, zeer talentvolle speler te selecteren en de tijd te nemen hem op te leiden. Nolan Jones past in dat plaatje.
Plek 12 is misschien wat hoog voor Jones, maar zijn talent staat buiten kijf. Sinds hij wat meer krachttraining doet, zijn de powernummers van de jonge infielder ook toegenomen. Daarnaast heeft de Holy Ghost Prep-ster bewezen de bal naar alle hoeken van het veld te kunnen sturen, dankzij zijn snelle inside-out swing. Hij heeft toegezegd te gaan studeren aan de University of Virginia, maar met een recente boost aan kracht is de interesse in Jones dusdanig toegenomen dat de kans heel klein lijkt dat hij daadwerkelijk voor college kiest, in plaats van prof te worden.
Mochten de Red Sox inderdaad het team zijn dat hem als 12e selecteert, zou hij wel gek zijn de mogelijkheid niet aan te grijpen; de Sox hebben een uitstekende jeugdopleiding. Boston zou ook, zoals nieuwe GM Dave Dombrowski in het verleden vaker heeft gedaan, kunnen kiezen voor een hardgooiende werper. In dat geval stijgen local boy Justin Dunn (Boston College) en Zack Burdi (University of Louisville) ineens een groot aantal plaatsen. Beide werpers zijn zo goed als major league ready en zouden Boston kunnen helpen in hun jacht op een volgende titel.
Scoutvergelijking: Michael Young
Andere mogelijkheden: Justin Dunn (RHP), Zack Burdi (RHP), Alex Kirilloff (OF)
13
TAMPA BAY RAYS
Dakota Hudson, RHP (Mississippi State University, Mississippi)
Meerdere mock drafters denken dat high school-pitcher Matt Manning naar de Rays gaat, maar ik denk dat Tampa Bay meer geïnteresseerd is in collegewerpers. Met een jonge kern in de majors en voldoende talent in de minors om op korte termijn weer mee te kunnen draaien voor een AL East titel of play-offplek, lijkt het logisch dat de Rays kiezen voor een wat oudere, gepolijste werper die niet al te lang in de minors hoeft te verblijven. Dakota Hudson past prima in dat scenario.
Hudson heeft, na een dramatische maand april, zijn draftwaarde een behoorlijk stuk zien dalen. Waar hij in maart nog gezien werd als een top-10-waardige werper, valt hij nu naar plek 13, waar hij een koopje zou kunnen blijken voor Tampa Bay.
De jonge vlammenwerper van Mississippi State University (hij gooit met gemak 97 mph) heeft als voordeel dat hij over een handvol plus-pitches beschikt: fastball, slider, curveball, changeup, cutter. Waar zijn fastball en cutter waarschijnlijk zijn beste pitches zullen blijven, is zijn slider absoluut bovengemiddeld en heeft de curveball potentie. Zijn changeup zal vooral voor de show zijn, aangezien hij niet echt aan heeft getoond deze pitch te kunnen controleren. Controle over al zijn pitches was in april überhaupt het grote probleem, maar in het verleden was Hudson beter dan hij recentelijk heeft laten zien, dus er is hoop.
Als Tampa toch voor een slagman gaat, let dan op Josh Lowe (Pope High School) of Alex Kirilloff (Plum High School).
Scoutvergelijking: Aaron Nola
Andere mogelijkheden: Josh Lowe (3B/RHP), Alex Kirilloff (OF), Matt Manning (RHP)
14
CLEVELAND INDIANS
Ian Anderson, RHP (Shenendehowa Central High School, New York)
Op Clevelands’ strategie voor deze draft is tot nu toe geen pijl te trekken: zes verschillende sites suggereren zes verschillende spelers. De Indians hebben in het verleden behoorlijk wat succes gehad met het selecteren van prep-pitchers (CC Sabathia, 1997) en van steeds meer kanten komen dan ook geruchten dat de Tribe voor een high school-werper gaat. Matt Manning is nog steeds beschikbaar, maar zijn prijskaartje is niet mals. Ian Anderson zal ook niet goedkoop zijn, zeker niet met zijn commitment aan Vanderbilt University, maar blijkt waarschijnlijk beter te betalen dan Manning.
Anderson werd aan het begin van het seizoen gezien als een top-10-prospect, maar een stevige longontsteking heeft ervoor gezorgd dat hij een tijdje niet heeft kunnen gooien. Nu hij weer terug is, toont de jonge rechtshandige werper dat hij geen talent kwijt is geraakt tijdens zijn afwezigheid, maar echt lights out is hij niet geweest.
Anderson is pas net 18 jaar oud, maar gooit al wel 91-94 mph, met uitschieters tot 97 mph. Daarnaast heeft een loopy, slurvy curveball waarmee hij tegenstanders volledig op het verkeerde been kan zetten. De hoop is dat hij deze slurve in de pro’s om kan zetten naar twee verschillende pitches: een slider en een curve.
Zijn changeup is ook een bovengemiddelde pitch. Anderson heeft vorig jaar voor Team USA (High School) gegooid en deed dat bewonderenswaardig, zeker gezien zijn relatief jonge leeftijd. De enige negatieve kant van Anderson is het feit dat hij niet in staat is de bal voldoende te verbergen, zodat slagmensen vrij snel en eenvoudig kunnen zien welke pitch hij gaat gooien. Hij zal zijn lichaam iets meer moeten gebruiken om de bal af te schermen.
Scoutvergelijking: Trevor Bauer
Andere mogelijkheden: Matt Manning (RHP), Josh Lowe (3B), Forrest Whitey (RHP)
15
MINNESOTA TWINS
Matt Manning, RHP (Sheldon High School, Californië)
Matt Manning heeft meer dan genoeg talent om in de top 10 gekozen te worden. Matt Manning wil echter ook betaald krijgen. Naar verluidt heeft de jonge righty uit Sacramento exorbitante eisen gesteld aan zijn tekenbonus, wat veel teams ervan zal weerhouden hem te kiezen. Het wachten is dan ook op een team dat wanhopig genoeg is om beter te worden. Zie daar, de Minnesota Twins.
De Twins spelen dit seizoen dramatisch honkbal en het grootste probleem voor de Twinkies ligt bij de pitching. Dit is geen nieuw probleem, aangezien Minnesota de laatste jaren lachwekkend veel geld heeft uitgegeven aan bijzonder matige werpers (Ricky Nolasco, Ervin Santana, Phil Hughes). Daarnaast ontwikkelen de minor leaguers zich maar gestaag; na Jose Berrios is de kloof enorm naar volgende prospects Tyler Jay en Nick Burdi. In de hoop hun grootste zwakte te kunnen versterken, gaan de Twins diep in de buidel tasten voor Manning.
Wat zouden de Twins krijgen als ze inderdaad Manning binnen weten te halen? Veel goeds, dat dan weer wel. David Rawnsley van 2080baseball.com noemde Mannings fastball “de beste van alle pitchers in de draft” (inderdaad, beter dan Pint, Whitley, Anderson en Groome). Dit lijkt mij wat overdreven, maar dat Manning met zijn 92-94 mph aardig voor de dag kan komen, staat buiten kijf.
Het meeste voordeel haalt Manning misschien nog wel uit zijn gooibeweging, waarmee hij de bal goed ‘verstopt’ voor de slagmensen, en zijn armhoogte; Manning gooit vanuit de ‘driekwart’ positie. Zeer talentvol, maar met een commitment aan Loyala Marymount en hoge financiële eisen is er veel twijfel over de draftability van de jonge werper uit Sacramento.
Matt Manning is overigens de zoon van voormalig NBA power forward Rich Manning. Stop die informatie maar in het laatje ‘Nutteloze Feitjes’.
Scoutvergelijking: Matt Cain
Andere mogelijkheden: Forrest Whitley (RHP), T.J. Zeuch (RHP), Dakota Hudson (RHP)
16
LOS ANGELES ANGELS OF ANAHEIM
Alex Kirilloff, OF (Plum High School, Pennsylvania)
Alex Kirilloff is de zoon van bekende hitting coach Dave Kirilloff, de eigenaar van Baseball 19 Academy (en zeer actief YouTuber). Kirilloff Sr. werkt al meer dan 20 jaar met honk- en softballers van alle leeftijden aan hun swing en hij lijkt al zijn kennis in zijn zoon Alex te hebben gepropt. Alex Kirilloff wordt met Blake Rutherford en Mickey Moniak gezien als de Big Three aan high school hitters. Van de drie is Kirilloff het minst all-round begaafd; hij slaat erg goed, maar rensnelheid ontbreekt bij hem volledig. Hij beschikt echter wel over een kanon van een arm en zijn swing is explosief.
Kirilloff heeft een overeenkomst met Liberty University om na zijn high school-periode bij hen te komen ballen, maar een selectie binnen de top-20 (en de bijbehorende bonus) zal er waarschijnlijk toe leiden dat Kirilloff besluit prof te worden.
De Angels worden veelvuldig gelinkt aan Kirilloff en hebben in het recente verleden succes gehad met het opleiden van outfielders (Mike Trout, Kole Calhoun, Rafael Ortega). Kirilloff lijkt dus een logische keuze voor de Angels. Als Kirilloff al eerder gekozen wordt, gaan de Los Angeles Angels of Anaheim of Orange County waarschijnlijk voor een pitcher die met zo min mogelijk tijd in de minors de club kan helpen. Let in dat geval op Justin Dunn en Connor Jones. Ook prep-bat Will Benson schijnt op het lijstje van de Angels te staan.
Scoutvergelijking: Christian Yelich
Andere mogelijkheden: Justin Dunn (RHP), Will Benson (1B), Connor Jones (RHP)
17
HOUSTON ASTROS
Zack Burdi, RHP (University of Louisville, Kentucky)
Over Burdi wordt gezegd wat er in 2014 over top-10-selecties Carlos Rodon en Aaron Nola werd gezegd: dit jaar nog inzetbaar in de major league. Rodon en Nola haalden inderdaad niet al te lang na hun draft de big leagues. Burdi zou hetzelfde pad kunnen bewandelen, met het verschil dat de Louisville Cardinal een reliever is, terwijl Rodon en Nola starters waren en zijn.
Zack Burdi is het jongere broertje van Twins-prospect Nick Burdi. Beide Burdi’s gooien ongelooflijk hard: 100 mph fastballs zitten blijkbaar in de familie. Daarnaast beschikt Zack, wederom net als Nick, over een killer slider. Deze mix werkt voor Nick zeer goed en de hoop voor de Astros is dat Zack met net zoveel gemak de overstap van college naar de profs maakt. Astros GM Jeff Luhnow heeft in ieder geval het zeker voor het onzekere genomen: hij heeft Burdi onlangs persoonlijk bekeken bij het ACC Tournament.
Houston heeft, ondanks de stroeve seizoensstart, nog steeds ambities om voor een World Series titel mee te doen. De ‘Stros bullpen doet het dit jaar best aardig, maar de setup/closer-situatie kan wel wat versteviging gebruiken. Nadat Ken Giles in Spring Training zijn closerplek kwijtraakte aan Luke Gregerson, is de voormalig Phillie langzaam uit een diep dal aan het kruipen, juist wanneer Gregerson tegen wat problemen aanloopt. Heel zeker van je zaak ben je met beide werpers echter niet. Als Burdi inderdaad zo big league ready is als gedacht wordt, kan hij bijzonder waardevol zijn voor Houston naarmate het seizoen vordert.
Scoutvergelijking: Craig Kimbrel
Andere mogelijkheden: Cody Sedlock (LHP), Eric Lauer (LHP), T.J. Zeuch (RHP)
18
NEW YORK YANKEES
Matt Thaiss, C (University of Virginia, Virginia)
De Yankees doen het over het algemeen goed als het op het opleiden van jonge pitchers aankomt. Gedurende dit hele draftseizoen zijn de Bronx Bombers dan ook veel gekoppeld aan werpers als Dakota Hudson en Ian Anderson, maar de laatste weken gaan er steeds meer geluiden op dat de Yanks een college hitter willen hebben. University of Viriginia catcher Matt Thaiss past goed in dat plaatje.
Vooropgesteld dat Thaiss naar alle waarschijnlijkheid geen catcher zal blijven, moet er toch serieus naar zijn aanvallende capaciteiten gekeken worden. De jonge catcher uit New Jersey heeft een ongelooflijk goed oog voor de slagzone: met slechts 16 strikeouts in 229 slagbeurten is Thaiss ver, ver bovengemiddeld als het op plate discipline aankomt. In 2016 was zijn on-base percentage ten tijde van schrijven een adembenemende .474, wat betekent dat Thaiss bijna de helft van zijn slagbeurten het honk bereikt.
Verdedigend is Thaiss niet de oplossing voor een team dat op zoek is naar een defensieve catcher, maar de Yankees hebben er daar toch al genoeg van. De powerbat is er echter wel eentje om rekening mee te houden, dus de Yankees kunnen Thaiss meteen ombouwen tot eerstehonkman en jaren plezier hebben van de local boy. Overigens flip-floppen Will Craig en Matt Thaiss veel in de meeste mock draft rankings. De verwachting dat ze allebei in New York terechtkomen, maar de één in de Bronx en de ander in Queens.
Scoutvergelijking: Brian McCann
Andere mogelijkheden: Will Craig (3B), Justin Dunn, Josh Lowe (3B)
19
NEW YORK METS
Will Craig, 3B (Wake Forest University, North Carolina)
Als Thaiss naar de Yankees gaat, gaat Craig (dus) naar de Mets. De keuze voor Wake Forrest’s derdehonkman komt een week nadat David Wright (wederom) langdurig geblesseerd is geraakt en de Mets dus (weer) zonder echte derdehonkman komen te zitten. Zonder ook maar één serieus te nemen prospect in de minors voor de positie (de Mets stikken in de korte stops), is het tijd dat de Amazins een opvolger voor Wright gaan zoeken. In Craig kunnen ze die gevonden hebben.
Craig is een grote dude. Met zijn 1.91 m en 106 kg schoon aan de haak heeft hij de bouw van een echte knaller. Scouts refereren aan Craig als een slagman met ‘country power’; categorie ‘in je vrije tijd met bomen gooien’.
Er wordt nog wel wat getwijfeld aan het verplaatsen van Craig uit de NCAA (met aluminium knuppels) naar een omgeving met houten knuppels, zeker omdat de infielder in de Cape Cod League (waar met hout geslagen wordt) weinig presteerde. Talent is echter voldoende aanwezig om te hopen op een snelle aanpassing en Craig heeft al aangetoond selectief genoeg te zijn: zijn strikeouttotalen liggen altijd onder zijn walks.
Als laatste is Craig één van de jongens in deze draft met de beste werk-ethiek. Door zijn gewicht is er openlijk getwijfeld aan zijn durability, maar Craig heeft daarop gereageerd door zijn eetpatroon aan te passen en meer te gaan fitnessen. Dit heeft zichtbaar resultaat gehad als het op zijn beweeglijkheid in het veld aankomt. Daarnaast staat Craig erom bekend dat hij zijn wil om beter te worden zo groot is, dat hij elk weekend naar huis zou rijden om het hele weekend door aan extra batting practice-sessies te kunnen deelnemen.
Of hij altijd op drie kan blijven is nog een beetje de vraag, maar het is een gok die de Mets op plek 19 moeten nemen. Ook al schuift Craig ooit naar het eerste honk, hij zou de Metropolitans voorzien van een aanvallend infieldwapen waar ze in New York om verlegen zitten. Fenomenale jonge pitching, die hebben de Mets tenslotte meer dan genoeg.
Scoutvergelijking: Billy Butler
Andere mogelijkheden: Josh Lowe (3B), Matt Thaiss (C), Justin Dunn (RHP)
20
LOS ANGELES DODGERS
Justin Dunn, RHP (Boston College, Massachusetts)
De laatste selectie in rondes 11 – 20 is Boston College righty Justin Dunn. Dunn heeft veel meer talent dan draftplek 20 doet vermoeden. Hij is echter steeds een stukje verder naar beneden geduwd, omdat teams specifieke andere kwaliteiten zoeken in hun spelers. Als de Dodgers hem inderdaad als 20e kunnen kiezen, zullen de front office-mensen van LA zich gelukkig prijzen.
Dunn begon zijn collegecarrière bij Boston College als reliever, maar sinds hij onderdeel uit is gaan maken van de starting rotation, is hij alleen maar beter geworden. Zijn fastball is geklokt tussen de 92 en 95 mph, met uitschieters naar 97. Het mooiste aan deze pitch is dat Dunn de snelheid dieper in wedstrijden vast kan houden. Naast een fastball beschikt Dunn over een scherpe slider en een loopy curve. Zijn changeup is nog onderontwikkeld en de vraag is of dit ooit een major league-pitch kan worden.
In 2013 selecteerden de Dodgers Dunn al, toen in de 37e ronde. De rechtshandige werper is dus geen onbekende in LA en hij is alleen maar beter geworden sinds 2013. Er is dus geen enkele reden waarom de Dodgers hem zouden passeren als hij nog beschikbaar is op nummer 20. Dit is echter wel een zeer grote vraag; Dunn’s toekomst ziet er zeer rooskleurig uit en andere teams zullen meedingen om zijn handtekening.
Scoutvergelijking: Aaron Crow
Andere mogelijkheden: Cody Sedlock (LHP), Forrest Whitley (RHP), Josh Lowe (3B)
Bronnen: BaseballAmerica.com, 2080baseball.com, MLB.com, FueledBySports.com, Draftsite.com, SBNation.com.
Reacties