De ontmoeting tussen de Miami Heat en de New York Knicks van zondagavond riep herinneringen op aan de onderlinge playoff-ontmoetingen van de negentiger jaren. De uitkomst was ook al dezelfde: New York beter tijdens crunch time (86-91). Patrick Ewing, Larry Johnson en Allan Houston zouden trots zijn geweest.
Een ding moet je de Heat nageven. Ze zijn als geen ander in staat om uit de startblokken te schieten. Maar de tijd dat de opponent geimponeerd is met een forse achterstand na het eerste kwart, lijkt intussen voorbij.
Ook tegen New York startte de Heat weer voortvarend. 34-23 stond er na twaalf minuten op het bord, en diep in het tweede kwart was het verschil zelfs al opgelopen tot vijftien punten. De Knicks wilden echter van geen wijken weten. Integendeel.
,,Vanaf dat moment kregen we het verdedigend onder controle,” verklaarde Carmelo Anthony het feit dat de stand bij rust weer in evenwicht was.
Vooral in defensief opzicht leek New York te willen bewijzen NU al over een Big Three te beschikken.
Anthony (29 punten) ging zich bezig houden met de persoonlijke bewaking van LeBron James en slaagde met vlag en wimpel, Amare Stoudemire (16) tekende vlak voor tijd voor het blok van de avond (op James), terwijl Chauncey Billups (16) een minuutje eerder had gezorgd voor de go-ahead-driepunter.
Tekenend was het feit dat LeBron James (27 punten), in het heetst van de strijd, opnieuw faalde.
Drie dagen eerder had hij in Chicago al de gelijkmakende driepunter gemist, en zondagavond deed hij het eigen huis nog eens dunnetjes over. Maar waar hij tegen de Bulls nog in het luchtledige gooide, daar raakte hij nu tenminste de ring.
,,Dit was een belangrijke wedstrijd voor ons,” aldus Billups. ,,En we hebben denk ik wel wat bewezen, al zijn we natuurlijk nog niet waar we willen zijn. Maar we hebben in ieder geval laten zien dat we ook kunnen winnen zonder er een puntenfestijn van te maken.”
Zie hier de samenvatting tussen de Knicks en de Heat.
Foto: dailycaller.com
Reacties